Tanzania 2019

Gepubliceerd op 6 augustus 2019 om 13:00

Na een jaar lang wachten was het eindelijk woensdag 17 juli, de dag om terug te gaan naar Tanzania om daar voor 5 weken lang vrijwilligerswerk bij Ilula Orphan program te doen.

Op de dag van vertrek was ik nog druk bezig om al mijn spullen te pakken, ik was ziek van de zenuwen en had telkens het gevoel dat ik iets zou vergeten (wat ook waar was). Rond 4 uur was het dan eindelijk tijd om naar Schiphol te vertrekken. Eenmaal aangekomen namen de zenuwen iets af, wel was ik nog steeds angstig en bezig met wat voor ellende er allemaal kon gebeuren. Op Schiphol was het zoals gewoonlijk weer erg druk.


Duizenden mensen maakte zich klaar voor hun vakantie veelal in groepjes of tweetal. De drukte vormde zich langzamerhand om naar lange wachtrijen voor het inchecken van de bagage. Voor mij was dat dan ook het eerste obstakel. Door de drukte waren vele bagage incheck plaatsen kapot of tijdelijk uit of gebruik. Dit zorgde in mijn geval voor meer stress en zorgde er voor dat me zenuwen weer toenamen. Toen ik eindelijk mijn bagage ingecheckt had was het tijd om afscheid te nemen van me familie. Na veel geknuffel en gekus was ik eindelijk (ook wel weer jammer) op me zelf aangewezen en moest ik zelf uitzoeken hoe ik op tijd in het vliegtuig kon komen. Nadat ik veilig en wel door de douane gekomen was kwam ik aan in het tex free gedeelte van Schiphol. Voor het eerst in lange tijd voelde ik me zo alleen.
Ik besloot maar een koffie bij Starbucks te drinken maar door de spanning kreeg ik het nauwelijks weg. Ik kon werkelijk niet wachten tot ik in het vliegtuig zat. Godzijdank vloog de tijd voorbij en kon ik eindelijk gaan boarden.

Nadat de stewardess mij de plaats had gewezen en ik gesetteld was en me had klaargemaakt voor de lange reis was het tijd om te vertrekken. Ik was zo blij toen ik merkte dat er een Nederlandse jongen naast me zat. Onderweg hebben we heel veel gepraat en was het alweer tijd om te landen.


Ik was langzamerhand zo uitgeput, tijdens de vlucht had ik namelijk geen oog dichtgedaan. Toen ik aankwam op Nairobi was het even zoeken naar de juiste gate. Ook had ik bijna mijn vlucht naar dar es Salaam gemis. Gelukkig werd ik geroepen door een medewerker. Toen ik wou inchecken bleek dat ze mijn plaats hadden upgrade naar business. Ik was zo bang dat ik extra zou moeten betalen, gelukkig was dat niet zo. Na eindelijk een oog dicht gedaan te hebben landde we op dar es Salaam. Meteen waren al mijn zenuwen weg en voelde ik me thuis.


In dar hoefde ik alleen me paspoort te laten zien en me visum te geven. natuurlijk moest ik wel even wachten op mijn koffers maar ook dat ging heel erg snel. Voor ik het wist stond ik buiten en kon ik eindelijk (sinds een jaar) Fabiola omhelzen die speciaal voor mij naar dar gereisd was. Samen vertrokken we met de taxie naar ons hotel. Na een slechte nacht en korte nacht was het tijd om de bus te pakken naar Ilula. Toen we aankwamen op het busstation van dar wist ik niet wat ik zag. Reien bussen stonden te wachten, mensen schreeuwde naar me. Het was een en al chaos. Overal waren auto’s en mensen. Het was donker en ik zag niet goed waar ik was. Gelukkig wist Fabiola waar we heen moesten en hadden we snel een goede bus uitgezocht.

 

Toen de bus vol was en de chauffeur tevreden was, was het tijd om te vertrekken. Al vrij snel lieten we de drukke stad achter ons maar kwamen we wel terecht in een lange file. Onze chauffeur had daar duidelijk geen zin in en besloot een andere route te nemen. De route ging dwars door een dorpje met on geasfalteerde wegen. Het was me een weg wel. Na een uur reiden hadden we de file geweken en konden we weer op de normale weg reiden. De busrit was lang, vermoeiend en pijnlijk. Na ruim 10 uur begon ik steeds meer dingen van vorig jaar te herkennen en doemde langzamerhand Illula op. Ik voelde me zo gelukkig toen ik het weeshuis binnenstapte. Veel vrienden van vroeger vlogen me in de armen. Iedereen was zo blij om me weer te zien. Het was zo mooi om herenigd te zijn met al die lieve mensen. Ik voelde dat mij een onwijs mooie tijd te gemoed zou komen.
De eerste week bij iop was geweldig. Elke dag maakte ik nieuwe vrienden en leerde ik bijzondere mensen kennen. Wel was het in het begin een beetje wennen maar na twee dagen was alles normaal. Ik werkte mijn programma af wat eerst bestond uit de foster families bezoeken (gezinnen die weesjes opnemen en er voor zorgen). Na twee dagen had ik daar wel genoeg van en vroegen mensen of ik in de scholen zou willen helpen. Mijn antwoord was natuurlijk. Sinds halverwege de eerste week kreeg ik een plek op de sunflower.

Op de sunflower mocht ik les geven, huiswerk nakijken en de kinderen helpen als ze hulp nodig hadden. Iedereen op de school zag mij als een leraar en behandelde me ook zo. Na twee dagen kreeg ik te horen dat ze me heel leuk vonden en me graag elke dag daar wilde hebben. Zo gezegd zo gedaan. wel moest ik nog wel mee met de gezamenlijke uitjes maar verder bleef ik werken op de sunflower.
Ik vind het zo mooi en bijzonder dat menen zo lief een aardig zijn. Iedereen die ik ontmoet heb is echt, oprecht en onwijs lief. Elke dag wordt ik uitgebreid begroet door verschillende mensen. Voor het eerst in lange tijd ben ik zo gelukkig. De liefde die ik elke dag ontvang maakt me zelfverzekerd en laat me hart groeien. De liefde die ik hier krijg is niet te omschrijven. De mensen zijn stuk voor stuk geweldig. Ze kennen geen schaamte en dansen en zingen bij elk feestelijk moment. In de tijd dat ik hier nu al ben (ongeveer 3 weken) ben ik meerdere keren bij mensen thuis uitgenodigd voor avondeten. Sommige ken ik nog geen eens de helft van mijn verblijf. Maar toch zijn ze open en willen zij mij alles laten zien.


In vele gevallen is het huis niet groten dan een doorsnee slaapkamer en hebben ze niet genoeg geld om te eten te kopen. Maar toch willen zij mij uitnodigen. Waarom? Omdat ze trots zijn. Ze zijn trots op wat ze hebben en hebben geleerd om alles te delen, ook als je niet genoeg voor je zelf hebt. Het meest mooie wat ik aan deze mensen vind is dat ze zo blij zijn. Ze zijn gelukkig met alles wat ze hebben. Ze zijn dankbaar als je ze iets geeft. Het maakt hun vrij weinig uit wat het is. Met alles zijn ze even dankbaar en blij.


Dit land heeft iets bijzonders, iets moois, iets ontroerends en uniek. Dit land heeft naar mijn mening de meest lieve en dankbaarste mensen die er bestaan. dit land is het thuis van een van mijn beste vrienden. Het thuis van mensen die echt om je geven en je zien zoals je bent. Niet om hoe je er uitziet of doet. Nee, zoals je van binnen bent. En misschien is dat laatste voor mij de voornaamste reden van mijn terugkeer en maakt dat ik zeker weet dat ik nog heel vaak terug kom naar deze geweldige plek. Ik ben verlieft geworden op de mensen hier op de natuur en op de gewoontes. Ik ben zo gelukkig, voel me gewaardeerd en geliefd maar vooral gezegend dat ik dit mag meemaken en dat ik deze reis heb mogen maken. dit land is Tanzania en het voelt voor mij als mijn tweede thuis. Gelukkig heb ik nog twee weken in dit geweldige land. Ik kan je alvast vertellen dat ik er erg van ga genieten en dat het afscheid heel verdrietig wordt.

 

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.